Watzmann te Berchtesgaden

Berchtesgaden

De rand is witberijmd, en donk’re kloven
Glippen langs schichten, die het glas verzilveren;
Zij dalen door kristalblokken, waarboven
De steilste, gemzigste jachtvelden schilferen!

In deze schaal plantte de heer het kruid
Der naakte bloemen, die, – vreemd ind e dalen
Van ’t Noorden met hun groenige sandalen, –
Ontkweekt zijn aan een diep-aangrenzend Zuid.

En als de wachters bij die paradijzen
Stelde hij tusschen ’t groen de huisjes aan,
Die nederig en onderworpen, grijs en
Knechtelijk in het kunstig bergdal staan.


Naar poëzie index S. Vestdijk

 

 

geplaatst op deze site januari 2006, Copyright