...
..Zonder te willen beweren,
dat ons dorp, nadat die bisschop het aan de vlammen had prijsgegeven, zich
op slag en voorgoed ontkerstende, wil ik er toch de aandacht op vestigen,
dat Doorn bijzonder weinig Katholieken telt, al hebben wij nu een kerkje
van die sekte, en een bijster aardige pastoor, die iedereen op straat groet,
ook mij. Het dorp is C.H. of A.R., in zekere bevolkingslagen. Andere groepen
weer zijn V.V.D., hetgeen bleek uit een overgroot aantal beeltenissen van
professor Oud bij de laatste verkiezingen, op staken in tuintjes opgesteld,
en omgeven door een hard oranje lumineuze verf, waar hij vreemd schreeuwend
tegen afstak. Buren, met wie ik in de oorlog lief en leed en de heerlijke
roomtaarten
van mijn almachtige huisparias had gedeeld, bleken zich plotseling
aan dit aanschijn verslingerd te hebben, zodat ik mij geroepen voelde daar
in mijn voortuintje iets tegenover te stellen van andere politieke kleur,
desnoods knalrood, zij het ook niet helemáal rood. Men begrijpt waar ik
heen wil: ik belde de lijfwethouder van minister Drees op, en hij verwees
mij naar de propagandist van de partij, neen, hij zou hem wel naar
mij toesturen. Maar toen de man verscheen, bleken de houten staken op te
zijn, en had hij alleen maar twee raambiljetten voor me, waaruit ik een
keus kon doen. Wat wilt u, vroeg hij gemeenzaam, wilt u een
Dreesje, of gewoon zo maar? Na enig overleg koos
ik zo maar, want ik had door middel van Drees willen concurreren met Oud,
in mijn voortuin, op een paal, en niet achter een raam, waar het arbeidzaam
manifest door de schuimende silhouet van mijn mooie blanke es gedeeltelijk
aan het oog onttrokken zou worden. Het Dreesje nam hij weer mee, en gewonnen
hebben wij tòch wel. Maar dat is niet wat ik vertellen wou. Veel belangrijker
dan deze strijd van levensgrote koppen onder elkaar leek mij, dat nergens,
maar dan ook nergens in Doorn een R.K.-biljet te zien was. Hoe nu? Waren
zij met moedeloosheid geslagen? Had de A.R. ze er afgescheurd? Had de C.H.
Roomse vergaderingen gestoord, de V.V.D. telefoonkabels doorgesneden? Ik
vroeg het mijn sigarenjuffrouw, die van Roomsen huize is; maar zij wist
het niet, en zij interesseert zich in het algemeen ook meer voor B.Z.K.
dan voor R.K., en meer voor Winfield dan voor win de verkiezing. Zij komt
ook niet uit Doorn. In het andere geval had een intiem en mythologisch gefluister
in mijn oor mij op het juiste spoor kunnen brengen: Meneer, dit is
het dorp van Donar, en dacht u, dat ze hier die bisschop al vergaten waren?
Alles goed en wel, had ik dan kunnen zeggen, maar waarom dan die kerk aan
de straatweg even voorbij het postkantoor, richting Driebergen; en waartoe
die pastoor, die iedereen op straat groet, ook mij? O, meneer,
zou zij dan gezegd hebben, begrijpt u dat niet? Die probeert het goed
te maken. |